Mijn eerste DanceAble les vandaag in Den Haag was zalvend, verzachtend, ontwapenend. In eerste plaats voor mijzelf, omdat het me enorm confronteert en bevrijdt. Een dansruimte waar beperking de norm is, en waar rolstoelen en balans- of spierproblematiek zichtbaar mág zijn, biedt gewoon een vertrouwd huis. En daarnaast de overtuiging dat muziek en dans ontwerpambachten zijn die nodig getraind moeten worden. Muziek en dans vormen de lijm tussen alle ontwerpdisciplines, omdat ze hoofd, hart en lichaam bespelen. Muziek en dans bieden meer dan de optelsom van interactie-modaliteiten, en kunnen voor zowel de human-centered als machine-centered perspectieven verrijkend zijn.
Want hoe train je spieren en beweging, klanken en articulatie, als je de hele dag op een stoel achter een tafel zit, met een laptop voor je neus? Of met je hoofd in een paper? In de werkplaats sleutelend aan een prototype?
Dat is wat de phd-grant met mij doet: integreren van mijn eigen hoofd, hart en lichaam om oprechter ontwerpen te creëren, vol authentieke schoonheid. En ik leer vooral veel van andere mensen buiten mijn eigen vakgebied.